Circulair richting 2050?.

Hoe creëren bouwtechnici, architecten en aannemers met elkaar duurzame gebouwen? Naast het energiezuinig maken speelt ook het materiaalgebruik een grote rol. Sterker nog, wanneer bouwmaterialen steeds weer hergebruikt kunnen worden, kunnen we op termijn misschien wel helemaal groen bouwen. Hoe en of dit mogelijk is, stelt Lars Luscuere ter discussie tijdens zijn lezing over circulair bouwen. Door Giel Wind (NTRR)

Het Rijk heeft als doel gesteld om Nederland in 2050 circulair te krijgen. Naast het recyclen van kunststoffen en karton, wordt er ook veel gevraagd van de bouwwereld. Dat is niet gek wanneer je bedenkt dat de bouw ruim 50% van het totale grondstoffengebruik en 40% van het energiegebruik voor zijn rekening neemt. Het opnieuw gebruiken van materialen, vermindert het grondstoffengebruik.

Een veelgebruikt model rondom het hergebruik van materialen zijn de vijf R’en. Een methode om ieder materiaal in een bestaand gebouw opnieuw te kunnen gebruiken. Wel geldt, hoe hoger de R in het lijstje staat, hoe beter het is. De invulling en volgorde van de vijf R-en is als volgt:

Refuse, het voorkomen van gebruik. De beste manier om het milieu te sparen, is natuurlijk om niets meer te gebruiken. Helemaal stoppen met het gebruiken van materialen in de bouw is niet mogelijk. Wel mogelijk is het stoppen met bijvoorbeeld natuursteen dat over grote afstanden vervoerd moet worden. Ook het weigeren van tropisch hardhout is een goed voorbeeld. Zorg dát de grondstoffen die nodig zijn, verantwoord geproduceerd en vervoerd zijn.

Reduce, grondstoffengebruik minderen. Ook de meer duurzame materialen blijven een belasting voor de planeet, om die reden is vooral ook het minderen van materiaalgebruik een belangrijke stap. Waarom niet één gebouw voor een basisschool en vereniging tegelijk? Waar overdag aan kinderen wordt lesgegeven, kan ’s avonds vergaderd worden of gerepeteerd voor concerten.

Re-use, product opnieuw gebruiken. Zodra we producten weer opnieuw gaan gebruiken, spreken we van circulariteit. De nieuwe kleedkamers van het sportcomplex Lunetten in Utrecht bestaan uit droog gestapeld baksteen. Dát is nog eens een manier om de stenen later opnieuw te gebruiken. Maar ooit gedacht aan demontabele balken of vloerelementen?
Ieder gebouw een paspoort geven met de gebruikte materialen kan uiteindelijk bij de sloopvoorbereidingen helpen om alle onderdelen weer in een ander gebouw te passen.

Refurbish, product repareren en opknappen. Terecht wordt aangegeven dat de belangrijkste stap richting een circulaire wereld betekend om af te rekenen met de weggooi-cultuur. Wanneer kozijnen, ruiten en kantoorwanden ook gerepareerd kunnen worden in plaats van vervangen, komen we veel verder.

Re-purpose, het product een nieuwe functie geven. Wanneer een product te oud is om opnieuw te gebruiken, of te duur is om te repareren zijn er vaak nog tal van andere oplossingen mogelijk. Van de kozijnen van het woningcomplex Zwarte Madonna in Den Haag is een koffiebar op de TU Delft gebouwd. Ondertussen zijn er zelfs gebouwen bekleed met oude pallets of gebruikte flessen.

Recycle, de materialen in een andere product toepassen. Wanneer een product niet meer te gebruiken is, is omsmelten of omvormen altijd een optie. Staal, glas en kunststoffen kunnen opnieuw in legio andere producten gebruikt worden. Wanneer ook omvormen niet meer mogelijk is, kan verbranden nog een mogelijkheid zijn, om de energie uit het materiaal te kunnen gebruiken. (Recover)

De theorie is natuurlijk geen eindpunt. Juist een beginpunt om op zoek te gaan naar manieren van bouwen om circulariteit in de toekomst veel eenvoudiger te maken. Standaardmaten om producten overal te kunnen toepassen, stoppen met het gieten van beton over leidingen en beginnen met demontabel bouwen. Om het debat nog een extra startschot te geven, organiseert de gemeente Utrecht een wedstrijd voor het circulair verbouwen van de ateliers aan de Vlampijpstraat, door het uitwisselen van verschillende ideeën helpen aannemers, architecten en bouwtechnici elkaar uiteindelijk richting 2050.